De in deze aanwijzingen aangegeven geluidsdruk- en trillingswaarden zijn conform een genormeerde meetprocedure gemeten en kunnen voor de vergelijking van apparaten onderling worden gebruikt. Deze zijn ook geschikt voor een voorlopige inschatting van de exposities.
De getoonde gegevens zijn representatief voor de belangrijkste gebruiksgebieden van het elektrisch gereedschap. Als het elektrisch gereedschap echter wordt gebruikt voor andere toepassingen, met afwijkende inzetgereedschappen of als het onvoldoende wordt onderhouden, kunnen de gegevens afwijken. Hierdoor kunnen de exposities over de gehele gebruiksperiode duidelijk worden verhoogd.
Voor een nauwkeurige inschatting van de exposities moet ook rekening worden gehouden met de tijden waarin het apparaat is uitgeschakeld of weliswaar draait maar niet wordt gebruikt. Hierdoor kunnen de exposities over de gehele gebruiksperiode duidelijk worden verlaagd.
Leg de overige veiligheidsmaatregelen ter bescherming van de gebruiker tegen geluid en/of trillingen ook vast, zoals: Onderhoud van het elektrisch gereedschap en de gereedschappen, warmhouden van handen, organisatie van de werkzaamheden.
Geluidsemissiewaarden bepaald conform EN 60745
|
SF BT 22‑A
|
Geluidsemissieniveau (LpA)
|
71 dB(A)
|
Onzekerheid geluidsemissieniveau (KpA)
|
3 dB(A)
|
Geluidsvermogensniveau (LWA)
|
82 dB(A)
|
Onzekerheid geluidsvermogensniveau (KWA)
|
3 dB(A)
|
Totale trillingswaarden (vectorsom in drie richtingen), bepaald conform EN 60745
|
SF BT 22‑A
|
Trillingsemissiewaarde boren in metaal (ah,D)
|
3,5 m/s²
|
Onzekerheid boren in metaal (K)
|
1,5 m/s²
|